Mensen denken verschillend over de dood en sterven, dat is een feit. De een duwt het onderwerp weg en hult zich in stilzwijgen. Een ander schuwt een gesprek over het onderwerp niet. In dit artikel meer over hoe mensen omgaan met de dood en de wetenschap dat zij spoedig sterven. Er zijn 5 zogenaamde sterfstijlen.
De afgelopen jaren wordt er steeds openlijker over de dood en sterven gesproken. Mede dankzij allerlei tv-programma’s die uitgebreid aandacht besteden aan het onderwerp. Toch blijkt uit onderzoek in opdracht van de stichting STEM (Sterven op je eigen manier) dat de persoonlijke opvattingen van mensen over de laatste levensfase verschillen. Uit het onderzoek blijkt dat de bevolking in grofweg 5 verschillende groepen – sterfstijlen – kan worden ingedeeld. Een overzicht.
De socialen (33%) vormen de grootste groep. Typerend is dat zij zorgeloos zijn, leven in gevestigde kaders en trendgevoelig zijn. Zij maken minder eigen keuzes en sluiten zich graag aan bij wat gebruikelijk is binnen hun groep. Verder zijn zij banger voor de dood dan gemiddeld; praten er niet over en schuiven het voor zich uit. Ook verwachten zij dat de zaken voor hen geregeld worden en zien ze tegelijkertijd een groots en majestueus afscheid voor zichzelf. Als patiënt houden socialen vervolgens vast aan het leven, hebben behoefte aan troost en stellen het sterven uit tot het niet meer kan.
Kenmerkend voor de groep onbevangenen (22%) is dat het vaker mannen zijn en jonge mensen. Zij zijn tolerant en meer gericht op vriendschappen dan familie. Houden van genieten, grenzen verkennen en leven hun leven op een eigenzinnige manier. De dood is niet direct een onderwerp waarmee zij bezig zijn. Zij hebben dan ook nauwelijks iets geregeld en weinig ervaring met sterfgevallen. De dood is als het ware een ‘ver-van-mijn-bedshow’ en eventuele ongemakken weren zij uit hun belevingswereld. Is er wel bewustzijn? Dan nemen onbevangenen het heft in eigen handen en geven er een eigen draai aan. Als patiënt zijn onbevangenen dwars en onrustig. Zoeken naar grenzen, willen veel vrienden zien en zijn in het hier en nu.
De pro-actieven (18%) zijn vaker vrouwen, spiritueel ingesteld en minder vaak lid van een kerkelijke genootschap. De dood is voor hen geen taboe. Zij denken en praten erover en zijn goed voorbereid. Vervolgens willen zij tot het einde de regie voeren en bij voorkeur thuis sterven. Eveneens vinden zij het belangrijk tot het einde hun waardigheid én zelfstandigheid te behouden. Van alle vijf de groepen hebben de pro-actieven het meest geregeld. Van uitvaartverzekering, donorcodicil en testament tot wensenboekje, euthanasieverklaring en wel/niet reanimeren. Als patiënt willen pro-actieven alles weten, zijn mondig, goed geïnformeerd, veeleisend en afkerig van zinloos handelen.
De groep rationelen (15%) is meestal niet gelovig of spiritueel ingesteld. Verder zijn het vaker mannen dan vrouwen. Karakteristiek voor de rationelen is dat zij moderne levensgenieters zijn. Werken hard, hechten aan uiterlijk en status, zijn trendvolgend, geloven in de maakbaarheid van het leven en zijn gericht op vriendschap en familie. Ziek zijn en dood passen niet goed in hun levensbeeld. Vervolgens hebben zij moeite met het tonen van hun kwetsbaarheid. Nadenken over de laatste levensfase gaan zij uit de weg. Voorts hechten zij waarde aan een rationele benadering. Als patiënt hebben rationelen behoefte aan objectieve informatie, onderbouwd met argumenten en gescheiden van gevoelens.
Vertrouwenden (12%) zijn vaker dan gemiddeld getrouwd en religieus. Zij zijn sterk gericht op het gezin, gehecht aan regels, plichtsgetrouw en zorgzaam. Mensen in deze groep verlenen vaker hulp aan naasten en/of werken in de zorgsector. Over de dood praten zij zelden, omdat het onderdeel is van het leven. Zij zijn dan ook niet bang voor de laatste levensfase. Verder voelen zij zich gesteund door geloof en dierbaren. Zo willen vertrouwenden zelf beslissen over het moment van overlijden. Daarbij willen zij volledig bij bewustzijn zijn, een goede verzorging en afscheid kunnen nemen. Als patiënt zijn vertrouwenden niet veeleisend, tevreden met het standaardaanbod en zij wensen aandacht voor spiritualiteit.
Zoals blijkt uit de vijf sterfstijlen zijn er verschillende opvattingen over de dood en hoe mensen ermee dealen. Heb je inzicht in en kennis van de sterfstijlen? Dan biedt dat onder andere zorgverleners, stervensbegeleiders en dergelijke handvatten om beter te communiceren met een ernstig zieke die niet meer beter wordt.
Een door Sonnevelt opgeleide stervensbegeleider is in staat om cliënten die niet lang meer te leven hebben, professioneel en toegewijd te begeleiden. Bekijk hier de opleiding stervensbegeleider. Je kunt ook een gratis proefles downloaden voor meer informatie.