Leer kinderen begeleiden in hun ontdekkingstocht naar het vinden van balans tussen de kwaliteiten én valkuilen van hooggevoeligheid.
Wat zijn onverzadigbare kinderen eigenlijk? Een verzadigd persoon is volgens de dikke Van Dale een persoon die genoeg gegeten heeft. Mag ik hieruit concluderen dat een onverzadigd kind een kind is dat niet voldoende gegeten heeft? In wat voor opzicht er niet voldoende is gegeten, vertelt de Van Dale niet.
Leer hoe je als coach kinderen en ouders/opvoeders kunt begeleiden in de opvoeding en bij ontwikkelingsvraagstukken.
Honger is een gevoel dat we van nature kennen. Een kind dat aangeeft honger te hebben, mag eten. Zo was het tenminste als baby. Blijf je als ouder je kind eten geven wanneer het aangeeft de fles te willen hebben, dan zal het wennen aan een bepaalde hoeveelheid voedsel. Dit kan ook teveel zijn.
Uit onderzoek blijkt dat veel kinderen vaker tussen de drie belangrijke hoofdmaaltijden door eten. Zo hebben ze tijdens de hoofdmaaltijden minder honger. Deze kinderen krijgen op deze manier minder gezonde voedingsmiddelen binnen, maar toch teveel calorieën. Dit omdat de tussendoortjes vaak te vet zijn of te zoet en veel calorieën bevatten
Kinderen die hebben ‘geleerd’ op deze manier te eten, zullen eerder klachten krijgen met hun gewicht. Als ze te dik zijn is de kans groot dat er klachten omtrent de gezondheid ontstaan. Dit kan al diabetes type 2 zijn of klachten aan gewrichten.
Of we het willen of niet, te dikke kinderen worden helaas eerder gepest dan kinderen met een gezond gewicht. De te dikke kinderen zullen zich dan vaak buitengesloten voelen, en een negatief zelfbeeld krijgen. Dit wordt dan vaak weer gecompenseerd met snoepen, zodat ze zich weer even lekker voelen. Zo komt het kind in een negatieve spiraal terecht.
Elk kind wil gewaardeerd worden in wie het is, en wat het doet. Ook kinderen hebben feedback nodig. Ze willen graag horen dat ze er leuk uitzien of iets goed gedaan hebben. Maar daar tegenover staat dat ze ook duidelijkheid willen. Ze moeten gecorrigeerd worden. En als ze dan ander gedrag aangeleerd hebben, willen ze graag horen dat het nu wel goed is wat ze doen.
En de onverzadigbare kinderen? Willen deze kinderen wel eten, of is het voorzien in een behoefte om zo een leegte op te vullen? Vragen zij op deze manier misschien een vorm van aandacht?
Kijkend naar een programma als ‘help mijn kind is te dik’ vond ik het opvallend dat er bij deze kinderen vaak een emotionele reden was waarom ze zo zijn gaan eten, snoepen of snaaien. Als dit probleem niet aangepakt wordt, zal het heel moeilijk zijn om van de verkeerd aangeleerde eetgewoontes af te komen.
Als je als kind gevallen was, ken je allemaal wel eens een opmerking van een volwassene, wil je een snoepje tegen de pijn? Of als je je rot voelde en een pestbui had, was eten soms ook een ‘troostmiddel’. Zo leerden wij als kind dat je met eten kan troosten of kan belonen.
Als ouder/opvoeder heb je op dit gedrag veel invloed. Bij gezellige momenten hoort iets te eten, vinden of denken we. Zaterdagavond met een zak chips voor de tv. Als de kinderen alleen thuis zijn mogen ze toch wel wat lekkers uit de kast pakken? Zo zijn er veel redenen op te noemen om naast de drie hoofdmaaltijden en de drie tussendoortjes die je op een dag mag, extra te eten.
Onze invloed is vaak groter dan wij denken. Als de kinderen ons zien snoepen of snaaien, zullen zij dat ook willen. Goed voorbeeld doet goed volgen, maar een slecht voorbeeld helaas ook.
We zijn het luisterend oor, we kunnen ze met de knuffel die ze nodig hebben troosten, wij kunnen de leuke dingen met ze herbeleven door naar hun verhalen te luisteren en mee te lachen, een spelletje met ze doen of samen wandelen. Zo zijn er veel dingen op te noemen die je met je kind kan doen. Ook zullen wij ze moeten corrigeren als ze eens buiten hun boekje gaan, dat hebben ze naast de knuffel ook nodig. Wij kunnen de kinderen leren zich op verschillende manieren te verzadigen.
Pak de draad weer op en ga weer met je kind aan de slag.