Voor een lekkere massage zijn er tal van massagetechnieken. Iedere masseur heeft zijn eigen voorkeuren, en ook iedere massage-opleiding biedt weer andere technieken aan. Om uit al dat aanbod goed te kunnen kiezen, is het belangrijk om te weten wat de achterliggende gedachte van al deze massagetechnnieken is. Kort gezegd kunnen er twee vormen van massage onderscheiden worden: de klassieke, of ook wel Zweedse massagetechnieken en de Oosterse massagetechnieken. In dit artikel wordt van beiden de hoofdgedachte beschreven en de belangrijkste bijbehorende technieken.
De klassieke massage is ontstaan in Zweden, waar Pehr Henrik Ling (1776 – 1839) gezien wordt als de grondlegger van deze massagetechniek. In Nederland was het Johan Georg Mezger (1838-1909) die de massage goed beschreef. Klassieke massage wordt vrijwel altijd met de hand gedaan, zonder gebruik van andere lichaamsdelen. Wel wordt er olie of crème gebruikt om de weerstand van de huid te verminderen.
Klassieke massage kan vooral worden toegepast bij spierspanningen, meestal als gevolg van stress, of bij spierblessures. Er kunnen grofweg drie massagetechnieken onderscheiden worden, die vaak in combinatie met elkaar worden gebruikt. Elk van deze drie massagetechnieken heeft zijn eigen functie.
Allereerst kunnen er strelende bewegingen gemaakt worden (effleurages). Daarbij wordt er weinig druk op het lichaam uitgeoefend, maar wordt er, vaak met lange streken, over de huid gestreken in de richting van het hart, met daarna een lichte retourstreek weer terug. Deze strelende beweging wordt gebruikt om olie of crème uit te smeren, om de cliënt te laten ontspannen en om het te behandelen gebied warm te maken.
De tweede stap is het kneden van spieren (pétrissage). Hierbij worden de spieren zo gekneed, dat eventueel verkleefde huid van de spieren losraakt. Bovendien wordt de doorbloeding en de lymfedoorstroom gestimuleerd, waardoor afvalstoffen uit de spieren sneller worden afgevoerd. Tegelijkertijd kan ook deze massagetechniek ontspannend werken, waardoor de spierspanningen ook af zullen nemen.
De derde van de klassieke massagetechnieken is het snel, ritmisch slaan op de huid (tapotage). Dit gebeurt vooral op plekken waar veel spierweefsel is, zoals schouders, billen en kuiten. Dit slaan moet dat gebied stimuleren, de huid activeren en de bloedsomloop beter op gang brengen.
In de praktijk wordt bij klassieke massage vaak een combinatie van deze drie technieken gebruikt, afhankelijk van de aard en de precieze plaats van de klachten. Er zijn uiteraard nog meer massagetechnieken te noemen, maar allen hebben ze hetzelfde doel: de doorbloeding stimuleren, het weefsel losmaken en het lichaam laten ontspannen.
De laatste decennia zijn ook de Oosterse massagetechnieken populair geworden in Nederland. Daarvan zijn er veel verschillende, die uit verschillende tradities komen. Veel daarvan vinden hun basis in religieuze stromingen, vooral het Boeddhisme. Vaak is dat echter in de toepassing niet meer terug te vinden. Al deze massagetechnieken, hoe verschillend ook, hebben een gemeenschappelijke basis: ze gaan uit van een holistisch mensbeeld. Dat wil zeggen dat het lichaam wordt gezien als één geheel. Lichamelijke klachten kunnen voortkomen uit een disbalans in het lichaam of in de energie die door het lichaam stroomt. Anders dus dan het Westerse mensbeeld, waarbij een klacht aan een orgaan wordt behandeld door alleen dat ene orgaan te behandelen.
Voorbeelden van Oosterse massagetechnieken zijn Shiatsu, waarbij gebruik wordt gemaakt van drukpunten op het lichaam waar druk op uitgeoefend wordt, en reflexologie, waarbij ook bepaalde punten in het lichaam behandeld worden om de energie van het lichaam weer in balans te krijgen. Eigenlijk staat bij al die Oosterse massagetechnieken die energiebalans centraal. Die balans kan hersteld worden door de energie rondom het lichaam te herstellen, of door de meridianen, de energiebanen in het lichaam te herstellen, zoals bij acupunctuur, shiatsu, reflexologie en vele andere technieken.
De technieken die hierboven zijn genoemd, zijn maar een paar voorbeelden van de vele massagetechnieken die er zijn. Massage wordt veel toegepast. Gewoon in huis, in fysiotherapiepraktijken, in wellnescentra en allerlei andere massagepraktijken. Veel mensen hebben er zeker baat bij. In ieder geval geeft massage een rustig, ontspannen gevoel. Bij veel klachten is dat al het begin van herstel. Daarom is massage voor iedereen aan te raden, en moet iedereen vooral een massagetechniek zoeken die bij hem of haar past.
Wil jij verbinding leggen tussen lichamelijke klachten en de psychische factoren die hierbij een rol kunnen spelen en cliënten begeleiden in dit persoonlijke proces? Kijk dan bij de opleiding Therapeut Integrale Lichaamsmassage.